Het is brochuretijd.
Dat betekent dat er weer honderden teksten geproduceerd worden.
En die teksten moeten zorgen voor goedgevulde zalen.
Moeilijk? Ik denk van wel.
Weet jij waar een typische toneelliefhebber op af komt?
En als je het weet, wat vertel je hem dan?
In dit artikeltje 6 tips voor 6 genres wervende voorstellingsteksten:
waar moet ik op letten als ik een voorstellingstekst schrijf?
1. Toneel
Toneelpubliek is redelijk voorspelbaar. Zij komen af op bekende titels, belangrijke acteurs en vermaarde theatergezelschappen. Breng de feiten en mijd superlatieven. Het publiek vindt Halina Reijn al fantastisch. Dat hoef je ze niet nog eens te vertellen.
Bij minder bekende of nieuwe stukken begin ik wel eerst het verhaal te vertellen. Extra tip: lees ter inspiratie eens de backcover van je favoriete roman. Daar vind je vaak een goede samenvatting van het verhaal. Dat helpt je bij het schrijven.
2. Theater
Als ik naar de Kleine Zalen ga, ga ik naar theater. Dus ’t Barre Land, Dood Paard, Carla Mulder, noem maar op. We hebben te maken met meer avontuurlijk publiek dat zichzelf ook graag zo ziet, toch? ☺. Dan mag je best spreken over de experimenten die ze uithalen op het toneel, de inspiratiebronnen waar het gezelschap uit put, en de historie van het gezelschap. Zeg nooit “het meest fantastische theater dat u ooit zag”, maar wees objectief. Hmm, lastig.
3. Cabaret
Wat kun je vertellen over cabaret? Vrij weinig. Want de grap is moeilijk op papier te vangen, zeker van een cabaretier die vaart op de grillen van het publiek, of liever, improvisatie. Wat je vaak leest: “Micha Wertheim speelde zijn vorige show voor uitverkochte zalen.” Dat interesseert je lezer geen fluit. Vertel liever over belangrijke cabaretprijzen die hij won. Ook hier geldt: mijd superlatieven. Het maakt dat de tekst onnatuurlijk aanvoelt.
4. Opera
Operaliefhebbers zijn operakenners. Daarom is het beter ze niet eindeloos te vermoeien met het verhaal, maar vertel over die beroemde mezzosopraan. Als je Tania Kross niet aandikt of naar voren brengt in je tekst, verkoop je minder kaarten. Dat is zeker. Ook zijn operaliefhebbers erg gevoelig voor het orkest dat speelt, de naam van de dirigent en de andere solisten. Bij minder bekende, veelal Oost-Europese gezelschappen is het de taak van de tekstschrijver toch iets te vertellen over het orkest en de solisten of het artistieke team. Ze verdienen het.
5. Jeugdtheater Bij dit specifieke genre is het juist van belang het verhaal direct te vertellen. Daar zijn kinderen (en volwassenen) erg gevoelig voor. Pas later in je tekst heb je het over de acteurs en de makers. (Zelfs de naam Frank Groothof kent niet iedereen. Ik heb het onderzocht.)
6. Muziektheater
Het betere werk binnen dit genre wordt gemaakt door de pioniers binnen de podiumkunsten. Geweldige componisten die prachtig werk maken dat soms moeilijk te verkopen is. Bij dit genre is het van belang om zo helder mogelijk te verwoorden wat men kan verwachten. Ik pleit voor duidelijkheid, niet voor poëzie. Daar zijn de programmaboekjes voor. Leg uit wat het gezelschap doet en noem belangrijke inspiratiebronnen, zoals bekende componisten. Het publiek krijgt nu een gevoel bij wat je vertelt.
Bonus – webteksten
1. Het internet is geen detective. Vertel je bezoeker direct wie het heeft gedaan. Met andere woorden, je meest unieke USP zet je bovenaan.
2. Plak links in je teksten. Dat maakt je uiteindelijk beter vindbaar op het web. Google weegt de reputatie van jouw site zwaarder, dan de zoekwoorden die je verwerkt in je teksten.
© Gilles de Sitter [twitter-follow screen_name='gillesdesitter' show_screen_name='no']
